Internationaal ondernemen
Internationaal ondernemen
Internationaal ondernemen en juridisch advies, bij een handelsmissie bijvoorbeeld, maar ook als u al jaren internationaal onderneemt of daar net mee beginnen wilt speelt een grote rol binnen het nationaal en internationale handelsrecht.
Voor handelsrecht is het van groot belang dat er een grote mate van rechtszekerheid bestaat.
Op het gebied van internationaal ondernemen en internationaal handelsverkeersrecht zijn de Incoterms, wat staat voor International Commercial Terms, tot stand gekomen op basis van zelfregulering.
Deze Incoterms zijn uitermate belangrijk. Zij demarkeren bepaalde grenzen binnen het handelsrecht en geven grenzen aan voor kopers en verkopers met betrekking tot hun rechten en plichten.
Zo wil de verkoper weten dat hij betaald krijgt en wil de koper weten dat hij geleverd krijgt. Uiteraard wenst hij ook dat wat hij geleverd krijgt voldoet aan de gestelde kwalitatieve en kwantitatieve eisen. Dit wordt value for money genoemd.
Cognossement
Maar wat nu als er niet geleverd wordt wat er is afgesproken? Dan ontstaan problemen, zoals bij het bekende handelsverkeersrecht arrest Damco/Meister.
Bij Damco/Meister was sprake van een kwalitatieve aansprakelijkheid voor een vertegenwoordiger. Hier werd duidelijk hoe belangrijk een cognossement in het handelsrecht is.
Een cognossement heeft bewijskracht en is een eigendomsbewijs en geeft aan dat goederen die erop staan vermeld zijn geladen.
Incoterms
De Incoterms zijn een voorbeeld van zelfregulering in de markt. Ze zijn opgesteld door de International Chamber of Commerce, de Internationale Kamer van Koophandel te Parijs.
De Incoterms bestaan uit vier groepen. Groep C, D, E en F.
Hier zullen we kort de bekendste categorieën Incoterms in de internationale handel uitleggen.
Cost, Insurance and Freight (CIF)
De C-groep kent de volgende bedingen:
CFR: Cost and Freight
CIF: Cost, Insurance and Freigth
CIP: Carriage and Insurance Paid To
CPT: Carriage Paid To
De bekendste hiervan is de CIF levering. Hierbij wordt het transport en de verzekering geregeld. CIF betekent dat bijvoorbeeld koffiebonen van de plantage naar het schip worden vervoerd door de verkoper en dat het risico over de lading pas overgaat van verkoper op koper op het moment dat de lading de reling van het schip is gepasseerd.
Delivery Duty Paid (DDP)
De D-groep bestaat uit de volgenden bedingen:
DAF: Delivery at Frontier
DES: Delivery ex Ship
DEQ: Delivery ex Quay
DDP: Delivery Duty Paid
DDU: Delivery Duty Unpaid
Hierbij zijn Delivery Duty Paid (DDP) en Delivery Duty Unpaid (DDU) het meest bekend. Verschil hier is dat de koper of de verkoper de invoerrechten in het land van aankomst moet betalen.
Ex Works
De E-groep bestaat enkel uit Ex Works. In de internationale handel wordt Ex Works gezien als beding waarbij een fabriek die een goed produceert, dit product direct vanuit de fabriek verkoopt. De verkoper loopt dus eigenlijk geen risico bij het vervoer van de lading.
Free on Board (FOB)
Tot slot kennen de Incoterms de F-groep. Deze bestaat uit:
FAS: Free Alongside Ship
FCA: Free Carrier
FOB: Freen on Board
Hierbij is FOB-levering de meest bekende in de internationale handel. FOB Amsterdam betekent dat de verkoper de lading naar de haven van Amsterdam moet brengen en verantwoordelijk is tot aan de reling van het schip.